Skip to content

Blog buddha

De tranen prikken achter mijn ogen. Wat een slechte timing! Voor me aan tafel zit een moeder te huilen. Haar wereld is even stil komen te staan. Ze heeft net te horen gekregen dat haar zoon een licht verstandelijke beperking heeft en ongeveer zes jaar achterstand heeft in zijn sociaal emotionele ontwikkeling. Ik zoek naar mijn hulpverlenersknop om terug te schakelen naar een gepaste afstand. Ondertussen gaan mijn gedachten alle kanten op. Moedergevoel is nu eenmaal universeel. Ik kan me ontzettend goed voorstellen dat deze moeder aan de ene kant opgelucht is dat ze nu weet wat haar onderbuikgevoel aangaf. Als moeder voel je vaak nou eenmaal veel aan als het om je kinderen gaat. Aan de andere kant ken ik dezelfde angsten om als moeder het idee te hebben dat je te kort schiet in de opvoeding van je kind. Maar ik zit daar aan tafel voor moeder en kind en om hun te steunen met dit nieuws. Ik schakel terug naar Margot de professional.

 

Wat staat moeder en kind allemaal te wachten na dit gesprek? Als hulpverlener weet ik dat deze diagnose nodig is om de juiste hulp te kunnen krijgen voor deze jongen. Zo werkt het nou eenmaal in Nederland. Als er door middel van een test of keuring is aangetoond dat je een beperking hebt heb je ook recht op professionele hulp of begeleiding die wordt vergoed. En er is goede hulp voor jongeren met een licht verstandelijke beperking. Ondertussen werk ik lang genoeg met deze doelgroep om daar een compleet beeld van te hebben. Door de transitie van de hulpverlening naar de gemeentes is het soms wel even zoeken. In welke wijk de jongere woont, bij welk jeugd en gezinsteam de postcode van het gezin thuis hoort en welke professionals onderdeel uitmaken van het desbetreffende jeugdteam. Mocht het team niet de expertise in huis hebben kan er een beschikking worden afgegeven voor specialisten die nodig zijn. Dan is het wel nog de vraag hoe de onderhandelingen met de gemeente zijn gegaan en hoeveel zorg er is ingekocht voor dat jaar. Dus soms moet ik als hulpverlener ook `nee’ verkopen aan jongeren en hun ouders. Hoe graag ik ze dan ook wil helpen. In dit geval weet ik nog niet hoe het af gaat lopen.

Ik ken het gezin nu een jaar en we hebben een aardige vertrouwensband opgebouwd

Door de afspraken die er met de gemeente liggen heb ik grote kans dat ik moet stoppen met hulp te verlenen in dit gezin. Maar niet voor dat ik nog een keer heb uitgelegd aan deze jongen wat een licht verstandelijk beperking inhoudt. Ik ga vooral uitleggen wat hij wel kan en waar hij goed in is. Welke begeleiding hij nodig heeft om nieuwe dingen te leren. Bijvoorbeeld welke hulp hij kan gebruiken bij het plannen en organiseren van zijn schoolwerk zodat hij zijn examenmap volgend schooljaar kan inleveren. Ondanks dat hij eruitziet als een `normale’ zestienjarige jongen zal er, door zijn beperking, misschien 30% van het gesprek zijn blijven hangen. Laat staan dat hij het overzicht heeft wat het betekent voor de rest van zijn leven…..

Back To Top